Colofon
Alle rechten op verspreiding, met inbegrip van film, broadcast, fotomechanische weergave, geluidsopnames, electronische gegevensdragers, uittreksels & reproductie, zijn voorbehouden.
© 2021 novum publishing
ISBN drukuitgave: 978-3-99107-580-6
ISBN e-book: 978-3-99107-581-3
Lectoraat: I. van Gerwe
Vormgeving omslag: Rangizzz | Dreamstime.com
Omslagfoto, lay-out & zetting:
novum publishing
Voorwoord: in den beginne
In den beginne schiep God hemel en aarde
Er zijn maar weinig zinnen die zo bekend zijn als de openingszin van de Bijbel. Ik begin met deze zin omdat zelfs deze zin een andere betekenis kan krijgen. Dat laat Ellen van Wolde zien; zij is werkzaam als hoogleraar Oude Testament op dezelfde faculteit waar ik ook werkzaam ben als loopbaanbegeleider: de faculteit Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen van de Radboud Universiteit.
Ellen van Wolde betoogt dat ‘in den beginne’ verkeerd is geïnterpreteerd. Het Hebreeuwse woord beresjiet mist het lidwoord. Dat betekent volgens Van Wolde dat het niet gaat om het begin van de schepping, maar om het begin van wat er vervolgens gezegd wordt: het begin van het verhaal. Het verhaal wordt namelijk geschapen en niet de schepping. Elk verhaal begint immers met een begin, ook dit verhaal. Wat zij laat zien is dat elk woord en elke zin een andere betekenis kan krijgen. Dat laat Van Wolde ook zien met behulp van het woord ‘God’. Het gaat namelijk niet om één God. In het Hebreeuws staat hiervoor het woord ĕlōhîm, dat op zichzelf een meervoudig grammaticaal woord is en ‘godenverzameling’ betekent. Er zijn dus meerdere goden in de Bijbel actief geweest.
Het verhaal begint met een godenverzameling die
de hemel en aarde van elkaar scheidt
Het is met een ander woord uit die beginzin van de Bijbel waarmee Van Wolde de wereldpers gehaald heeft. Scheppen komt van het Hebreeuwse woord bara en volgens Van Wolde is bara tot nu toe altijd verkeerd vertaald. Bara betekent volgens haar namelijk niet scheppen maar scheiden. De eerste zin van de Bijbel is dus: ‘In den beginne scheidde God hemel en aarde’. Als je dit goed tot je door laat dringen, betekent dit dat de hemel en de aarde er al waren toen God (of een verzameling goden) ten tonele kwam om ze vervolgens uit elkaar te halen. Slechts één gewijzigd woordje kan niet alleen een verhaal veranderen, maar ook een al eeuwen bekend wereldbeeld. Die wereld komt er ineens heel anders uit te zien. Hemel en aarde waren een geheel en God heeft ze uit elkaar gehaald. Alleen al het idee dat slechts één woord een wereldbeeld op zijn kop kan zetten, is voor mij dé grandioze ontdekking. Door bestaande woorden zoals beresjiet, ĕlōhîm en bara een andere betekenis te geven, kan het perspectief totaal kantelen; ook al is dat perspectief eeuwen oud. Dat geldt niet alleen voor de wereld van de Bijbel, maar ook voor de hedendaagse wereld hier op aarde. Iedereen heeft de mogelijkheid om aan woorden en begrippen andere betekenissen te geven, waardoor het leven zomaar kan kantelen. De hemel is één met de aarde en is in potentie al aanwezig in de mens. In den beginne, in beginsel, kan hier een ander verhaal starten.
Ook een levensverhaal kan van betekenis veranderen
Ik gebruik veel voorbeelden uit de praktijk om te laten zien hoe het kantelen werkt en hoe een levensverhaal kan veranderen door het anders interpreteren van woorden en zinnen. Hieronder komt het eerste voorbeeld van de velen die gaan volgen, waarbij in dit geval één veranderde letter het verschil maakt.
Slechts één letter verschil: doodlopen wordt doorlopen
Ik liep hard, ondanks mijn slechte fysieke gesteldheid, maar het was nooit ver genoeg. Op die bijna fatale dag heeft mijn grootste kwaliteit mij bijna de das omgedaan: mijn doorzettingsvermogen. Hardlopen was voor mij letterlijk doodlopen. Gelukkig heb ik deze doodlopende weg kunnen verlaten en gebruik ik mijn eigen ervaringen om anderen te laten zien dat elke weg zin heeft en nooit doodlopend hoeft te zijn maar doorlopend.
Bij Van Wolde gaat het om één woord en bij bovenstaand voorbeeld gaat het slechts om één letter: de letter ‘d’ wordt een ‘r’. Doodlopen wordt doorlopen. Dood wordt leven.
Diploma en ervaring zijn niet doorslaggevend
In 2012 kwam de Radboud Universiteit op het idee om studenten te begeleiden naar de arbeidsmarkt. Tot die tijd was daar geen aandacht voor, omdat over het algemeen werd aangenomen dat iedereen die afstudeert in de wetenschap terecht zou komen. Wanneer dat onverhoopt niet het geval was, wist de student vanzelf de weg naar de eerste baan wel te vinden. Deze gedachte bleek onjuist. Minder dan tien procent van de studenten gaat door in de wetenschap en rond 2012 was de werkloosheid onder pas afgestudeerde academici hoog. Vanaf die tijd werden universiteiten ook afgerekend op het feit dat ze werkloze academici aan het opleiden waren. Het idee kwam dus niet uit de lucht vallen, maar was een antwoord op externe ontwikkelingen waar tot dan toe onvoldoende op was geanticipeerd.
Toen ik begon als loopbaanbegeleider werd mij meteen duidelijk dat diploma en ervaring niet doorslaggevend zijn om ergens aangenomen te worden. Immers, er is altijd iemand die betere punten en meer ervaring heeft dan een afstuderende student. Iets anders zou van doorslaggevend belang moeten zijn; een verhaal waarin je duidelijk laat zien wat jouw toegevoegde waarde is en waardoor jij uit de stapel van sollicitaties gekozen wordt.
Hiervoor gebruik ik het woord ‘memorabel’. Je verhaal moet memorabel zijn, wat betekent dat je herinnerd wordt, zelfs nadat er honderd brieven gelezen zijn. Maar hoe kom je aan een goed memorabel verhaal? Ik ben ervan overtuigd dat iedereen een sterk verhaal heeft en dat het juist de kunst is om het te ontdekken. Voor mij is het de uitdaging om die overtuiging bevestigd te zien en antwoord te vinden op mijn vragen.
Storytelling
Mijn zoektocht begon via Google. Zijn er wetenschappers of anderen die deze problematiek ook hebben gezien en mensen hebben geholpen om hun verhaal te gebruiken voor een volgende stap in hun loopbaan? Ik zocht op het woord storytelling, een internationaal erkend begrip voor het vertellen van verhalen.
Ik kwam uit bij de Amerikaanse hoogleraar in de gedragswetenschappen Mark Savickas. Hij begon zijn carrière als loopbaanbegeleider op een universiteit en kreeg een hekel aan alle testen die studenten moesten invullen. Met cijfers en modellen krijg je te weinig inzicht in de beweegredenen en de talenten van een student. Uit eigen ervaring opperde hij dat vragen als wie ben ik, wat wil ik en wat kan ik, fundamenteel zijn, maar onmogelijk rechtstreeks te beantwoorden. Hij ontwikkelde een methode om verhalen te ontlokken waarmee studenten tot zelfinzicht komen en tegelijkertijd ook zinnen formuleren waarmee ze kunnen solliciteren. In diverse onderzoeken die wereldwijd zijn gehouden, is deze methode inmiddels beproefd en als succesvol ervaren. Waarom zou ik dan een andere methode ontwikkelen, wanneer duidelijk is dat deze methode succesvol is gebleken?
Ik zie in de praktijk dat het inderdaad werkt, niet alleen bij het vinden van een baan, maar ook om het eigen leven in nieuw perspectief te plaatsen. Ik maak je graag deelgenoot hoe je jouw eigen verhaal sterk kunt maken en hoe je anderen eventueel daarbij kunt helpen.
Inleiding: vormgeven aan je toekomst
Savickas ontvouwt zijn theorie aan de hand van diverse cases. Zo geeft het verhaal van Elaine meer zicht op wat Savickas bedoelt met het ontdekken van je verhaal en hoe je dat kunt gebruiken voor de toekomst.
Het verhaal van Elaine
Op een dag ging de telefoon. Savickas kreeg de moeder van Elaine aan de lijn die smeekte of hij haar dochter kon helpen. Elaine had al verschillende counselors gezien, maar niemand was erin geslaagd om haar een goed advies te geven. De moeder van Elaine vertelde dat de counselors gefaald hadden haar dochter te overtuigen eerst biologie te gaan studeren