“Dat zal ik doen. In elk geval ga ik ervan uit dat ik niet het verplichte papierwerk zal moeten verrichten om u een toelating te geven om uw practicum af te leggen bij de NRD?”
“Het practicum daar afleggen was de bijzondere voorwaarde die ik eerder vermeldde. Het is de reden waarom ik de geheimhoudingsovereenkomst zonder al te veel ophef heb ondertekend.” zei Jessie en ze kon de opwinding in haar stem niet verbergen. “Ik wacht hier al bijna twee jaar op.”
“Twee jaar?” vroeg Hosta verbaasd. “Als u uw thesis zo lang geleden hebt geschreven, waarom hebt u dan uw diploma nog niet behaald?”
“Dat is een lang verhaal dat ik een andere keer zal vertellen. Kan ik er alvast vanuit gaan dat ik uw goedkeuring heb om mijn practicum af te leggen bij DSH-Metro, specifiek in de NRD?”
“Als uw verhaal klopt, ja,” zei hij toen ze de deur van zijn kantoor bereikten. Hij opende de deur, maar nodigde haar niet uit om binnen te komen. “Maar ik moet de vraag stellen die ik aan alle studenten stel die vragen om hun veldwerk daar te doen - weet u zeker dat u het wil doen?”
“Hoe kunt u dat vragen, na wat ik u net verteld heb?”
“Omdat het één zaak is om over de mensen die daar opgesloten zitten te lezen,” antwoordde hij. “Maar het is heel wat anders om met ze om te gaan. Het wordt snel heel intens. Ik begrijp uit wat u geschreven heeft in uw thesis dat u meer weet over enkele van de gevangenen die in de instelling wonen?”
“Ik weet meer over enkele van hen. Ik weet dat Delmond Stokes, een serieverkrachter uit Bakersfield in de instelling zit. En de moordenaar van verschillende kinderen die vorig jaar werd gearresteerd door die politieagente op pensioen is er ook. En ik ben er vrij zeker van dat Bolton Crutchfield daar vastzit.”
Hosta staarde haar aan, alsof hij aan het beslissen was of hij haar wel of niet zou vertellen wat hij aan het denken was. Uiteindelijk leek hij een beslissing genomen te hebben.
“Dat is de gevangene die je wil observeren, nietwaar?”
“Ik geef toe dat ik nieuwsgierig ben,” zei Jessie. “Ik heb veel verhalen over hem gehoord. Ik weet niet hoeveel daarvan de waarheid zijn.”
“Een verhaal dat zeker waar is, is dat hij over een periode van een zestal jaar negentien mensen op brutale wijze vermoord heeft. Zelfs als alle andere verhalen leugens zijn, is dat nog steeds een feit. Verlies dat nooit uit het oog.”
“Heeft u hem ooit ontmoet?” vroeg Jessie.
“Ik heb hem ontmoet. Ik heb hem tweemaal geïnterviewd.”
“En wat was uw indruk van hem?”
“Mevrouw Hunt, dat is een lang verhaal dat ik op een andere keer zal moeten vertellen, herhaalde hij haar eigen woorden. “Voorlopig zal ik alvast contact opnemen met Dr Ranier en nagaan of je te goeder trouw bent. Als dat zonder problemen verloopt, zal ik contact met je opnemen om je practicum te organiseren. Ik weet dat je zo snel mogelijk zal willen beginnen.”
“Liefst morgen al, als dat mogelijk was.”
“Wel, het zal iets langer duren. Probeer ondertussen niet te ongeduldig te zijn. Goedendag verder, mevrouw Hunt.”
En daarmee sloot hij de deur naar zijn kantoor en liet hij Jessie in de hal staan. Ze draaide zich om en wou ervandoor gaan. Terwijl ze om zich heen keek, besefte ze dat ze zo in het gesprek was opgegaan dat ze niet op haar omgeving had gelet. Ze wist niet waar ze was.
Ze bleef even staan en beeldde zichzelf in dat ze oog in oog stond met Bolton Crutchfield. Die gedachte was zowel opwindend als beangstigend. Ze had al langer de wens - nee, de behoeft - om met hem te praten. De mogelijkheid dat dat nu snel zou gebeuren, deed haar tintelen van anticipatie. Ze had antwoorden nodig op vragen waarvan niemand zelfs wist dat ze deze wou stellen. En hij was de enige die de antwoorden had. Maar ze wist niet zeker of hij haar vragen zou beantwoorden. En zelfs als hij daartoe bereid was, wat zou hij daarvoor in ruil vragen?
HOOFDSTUK VIJF
Jessie was zo opgewonden dat ze Kyle opbelde onderweg naar huis, hoewel ze wist dat hij het altijd razend druk had overdag en hij bijna nooit zijn telefoon beantwoordde. Dat was nu ook het geval, maar ze kon het niet laten om een bericht achter te laten.
“Hoi, schat,” zei ze na de pieptoon. “Ik wilde je alleen vertellen dat mijn dag heel goed ging. De professor is een interessante figuur, maar ik denk dat ik goed met hem zal kunnen samenwerken. En ik hoop snel met mijn practicum te kunnen beginnen, misschien zelfs deze week al, als alles lukt. I duizel er zelfs een beetje van. Ik hoop dat jouw dag even goed gaat. Ik wil graag een speciaal diner voor ons beiden klaarmaken vanavond, zeker nu we eindelijk de dozen met de potten en pannen gevonden hebben. Zeg me om hoe laat je thuiskomt en ik maak iets lekkers voor ons klaar. We kunnen een van die flessen wijn openen die we opzij gehouden hebben en misschien kunnen we aan ons plan voor gezinsuitbreiding werken. Oké, tot snel. Ik hou van je.”
Ze stopte onderweg bij Bristol Farms en kocht enkele branzino zeebaarzen. Die wilde ze vullen en in hun geheel klaarmaken. Ze vond ook aspergebroccoli die er goed uitzag en nam daar wat van mee. En toen ze naar de kassa liep, zag ze ook nog wat fingerling aardappelen die ze mee grabbelde. Ze kwam in de verleiding om ook iets decadents als dessert mee te nemen, maar wist dat Kyle doorgedreven aan het trainen was en daarom geen dessert zou eten. Bovendien hadden ze nog wat Italiaans ijs in de diepvries en dat was al even goed. Toen ze aan de kassa kwam, was het hele menu al gepland in haar hoofd.
*
Jessie keek naar de borden vol eten die niet aangeraakt werden op de tafel in de eetkamer. Dan keek ze voor de derde keer in vijf minuten tijd naar haar telefoon. Het was 7:13 en ze had nog niets gehoord van Kyle. Hij had haar vlak nadat ze het spraakbericht had achtergelaten een bericht gestuurd waarin hij geschreven had dat de plannen voor het diner fantastisch klonken en dat hij verwachtte dat hij die avond om 6:30 thuis zou zijn. Maar het was nu bijna vijfenveertig minuten later en hij was nog steeds niet thuis. Wat erger was, was dat hij haar niets had laten weten.
Ze had alles zo georganiseerd dat het eten warm op tafel zou staan om 6:45, voor het geval hij een beetje later was. Maar hij was niet komen opdagen. In de tussentijd had ze hem twee berichten en een spraakbericht gestuurd. En nog steeds had ze na zijn eerste bericht niets meer van hem gehoord. Nu lagen de vissen op tafel. Ze waren koud en keken haar met onsympathieke ogen aan.
Om 7:21 belde hij eindelijk. Ze kon het lawaai op de achtergrond horen en wist meteen, nog voor hij begon te praten, dat hij in een bar was.
“Hoi, Jess,” riep hij boven de muziek uit. “Sorry dat ik je zo laat bel. Hoe gaat het met je?”
“Ik was ongerust,” zei ze en ze probeerde de frustratie niet in haar stem te laten klinken.
“O, sorry,” zei hij en hij klonk niet erg berouwvol. “Ik wou je niet ongerust maken. Er is op het laatste moment iets tussengekomen. Teddy belde me rond zes uur op en zei dat hij nog wat potentiële klanten voor me had. Hij vroeg me of ik samen met hem en die mannen naar Sharkie’s wou gaan, een bar in de haven. Ik vond dat ik zo'n kans niet kon laten liggen. Ik ben nog steeds de nieuwe op kantoor, weet je wel?”
“Kon je dan niet bellen om iets te laten weten?”
“Mijn fout,” riep hij. “Alles ging zo snel dat ik het helemaal uit het oog verloren ben. Ik kon nu pas wegglippen om je op te bellen.”
“Ik heb een groot diner klaargemaakt, Kyle. We gingen vanavond vieren, weet je nog? Ik heb een fles wijn van honderd dollar geopend. Het was de bedoeling dat het een romantische avond zou worden.”
“Ik weet het,” zei hij. “Maar ik kan hier niet weg. Ik denk dat ik Teddy’s vrienden allebei als klant kan binnenhalen. En we kunnen nog steeds wat werken aan die gezinsuitbreiding wanneer ik thuis ben later.”
Jessie zuchtte diep om haar stem kalm te kunnen houden toen ze antwoordde.
“Het