“Jul ie zijn de voorpoten van de olifant, wij zijn de achterpoten. Wij gaan waar jul ie ons leiden.”
Ze keek terug naar Mike, die breed naar haar glimlachte, terwijl hij zijn hoofd schudde bij Dave’s naïeve vraag.
Lek begon wat te ontdooien tegenover Mike, maar ze wist nog steeds niet zeker of ze hem vertrouwde of met hem zou slapen. Dat onderwerp was nog niet aan bod gekomen en er was nog geen geld uitgewisseld, dus ze was niet verplicht om iets anders te doen dan hen door de stad te begeleiden. Om hun metgezel, gids en tolk te zijn.
“Wil en jullie hier nog één drankje drinken?” Vroeg ze aan Dave, omdat ze dacht dat Mike eerder ‘nee’ zou zeggen.
“Ja, oké dan. Laten we nog een drankje drinken en nadenken over waar we heen gaan.”
Lek glimlachte in zichzelf en keek naar Mott voor nog een rondje. Toen ze opkeek, glimlachte Mike ook.
“Oké,” zei hij. “Nog ééntje hier, maar het is acht uur en we moeten een stap in de goede richting doen. Ik wil hier niet de hele nacht blijven zitten.”
“Hoe fijn het hier ook is!” Voegde hij er wat harder aan toe, kijkend naar Beou, maar lachend naar Lek.
Ze glimlachte terug. Ze begon hem zeker leuker te vinden.
“Oké. Wil je de ‘check bin’, Mike?” Hij knikte.
“Check bin, kha!” Zei ze tegen Mott, die van de paal af kwam en de beker met rekeningen naar Beou’s bureau bracht en ze onderweg bij elkaar optelde.
“Kun je niets aanbevelen, Lek? Ik weet zeker dat je een aantal geweldige plaatsen kent, nietwaar?”
“Oké, Mike, maar als je niet leuk vindt, niet schreeuwen tegen mij? Welke wil je als eerste?
Eten, drinken of show/club? Ik denk eerst eten. Laat eten niet goed en misschien goed restaurant al vol.”
Ze had nu ieders aandacht en Ed gaf zijn mening:
“Oké, we gaan eerst eten. Goed? Waar?”
“Wat graag eten jullie? Je wilt Thais eten of farang eten. Vlees of vis? Welke vind je lekker? Je wilt in de buurt blijven of ver lopen?”
“Thais, vis en dichtbij,” zei Dave.
“Oké, geen probleem. Voor iedereen goed? Oké. Er zijn hier drie goede restaurants in de buurt. Eén op Second Road en twee op Beach Road. Beach Road ligt aan zee. Geniet van koele zeebries. Misschien niet te druk voor negen uur. Savoy op Second Road is nu wel druk, denk ik.”
“Dan wordt het Beach Road,” zei Mike, kijkend naar de rekening. “Niet slecht, net iets meer dan duizend per stuk. Ik betaal wel. Dat regelen we later wel. Oké, klaar is kees. Laten we gaan.”
“Eén minuut. Ik wil de baas vertellen dat we nu gaan en mijn tas halen.”
Lek ging Beou vertellen dat ze naar een visrestaurant om de hoek gingen en dat als ze van daaruit verder gingen, ze haar zou bellen.
Beou zwaaide een waarschuwend vingertje naar haar, maar glimlachte.
De andere twee meisjes pakten hun kleine tassen van achter de bar vandaan, en weg waren ze, al emaal arm in arm - Ayr met Dave, Goong met Ed en Lek met Mike.
Binnen enkele minuten stonden ze op Beach Road te genieten van de koele zeelucht, buiten twee grote visrestaurants.
“Welke jij wil en?” Vroeg Goong.
“Welke is erg goed?” Vroeg Dave.
“Beide hetzelfde. Beide zeer goed” antwoordde Goong. “Deze kan je eten wissen, deze niet eten wissen.”
“Wat zegt ze, Lek? Wissen?” vroeg Mike.
“We willen niet dat ons eten gewist wordt, toch mannen?” zei hij tegen zijn vrienden.
Er was een snelle uitwisseling in het Thais en de drie meisjes lachten hardop. “Goong zegt dat in dat restaurant je eigen eten mag vissen, en dat je eten mag wat je vangt. In andere restaurant kies je vis van een plaat.”
De mannen lachten ook.
“Geweldig! Ik hou van dit land,” zei Ed. “Vooral van de vrouwen. We zijn constant aan het lachen. Wat denken jul ie, jongens?”
Mike nam weer de leiding: “Ik denk dat we in het andere restaurant moeten eten, waar je niet op geluk hoeft te vertrouwen om een maaltijd te krijgen. Het wordt al laat en we hebben nu al emaal honger. Laten we een andere dag gaan ‘wissen’, als we meer tijd, en niet zoveel honger hebben.”
Daarmee pakte hij Lek’s hand en liep hij de ‘Roze Dame’ binnen. De anderen volgden.
Een ober toonde hen een zeer aangename tafel voor zes personen, met uitzicht op de zee, en ze gingen zitten: de mannen hielpen de dames met hun stoelen.
“Wat een fijne plek. Bedankt, Lek. Wat een geweldige suggestie. Wat zou iedereen graag willen drinken?”
Daarbij verscheen de ober met het menu en de drankenkaart.
Ed stelde champagne voor en hoewel de ober knikte en wegging om een fles te halen, kregen ze eigenlijk een soort zoete Spaanse cava, niet dat de meisjes het verschil wisten en voor 1.000 Baht gaven de mannen er ook niet om. Ze bestelden drie zeevruchtschalen, die elk door twee mensen gedeeld moest worden, en nog een fles ‘champagne’.
De mannen hadden nog nooit zo’n lekker zeevruchten gerecht gegeten. Elke schotel bestond uit: twee jakobsschelpen, vier oesters, een dozijn tijgergarnalen, een pond mosselen en andere schelpdieren, twee verschil ende soorten krab, een portie inktvis, een paar kleine stukjes rundvlees en varkensvlees, al emaal vergezeld van frieten en verschil ende sauzen. Elke schotel zou in het Verenigd Koninkrijk meer dan £100 hebben gekost, als je al e ingrediënten onder één dak kon vinden.
Een uur later hadden ze hun maaltijd en de twee flessen cava op en riepen de ober voor koffie en cognac. Terwijl dit werd gebracht stonden ze al emaal op om te dansen op de muziek van de huisband, die een mix van nummers vanuit de hele wereld speelde om het internationale publiek aan te spreken. Ze genoten nog een uur in vol e teugen, waarna Mike de ober riep en vroeg om de rekening, die 6.575 Baht bedroeg. Ze betaalden en gingen Beach Road op om te beslissen wat ze daarna zouden doen.
Ze besloten over het pad langs het strand van Beach Road te lopen om naar de sterren te kijken en naar de zee te luisteren. Het was een mooie, romantische avond, zoals het meestal in Pattaya was. Ze liepen als drie koppels, een paar meter van elkaar verwijderd. Ed en Dave hielden de handen van hun meisjes vast, Mike niet. Mike voelde dat Lek hem leuk vond, maar hij wist ook dat ze geen gewoon barmeisje was. Lek verwachtte van haar kant dat hij elk moment zijn slag zou kunnen slaan. Ze zou zelfs teleurgesteld zijn als hij dat niet deed. Niet dat er een kans was dat hij dat niet zou doen, als ze hem een zetje in de juiste richting zou geven.
Ze wist dat ze zelfs een comateuze ezel in beroering kon brengen.
Voorlopig was ze dankbaar dat ze een heerlijke maaltijd en een fatsoenlijk drankje had genuttigd in aangenaam gezelschap, en met een fijn einde van de avond in een prachtige omgeving. Ze liep aan de linkerkant van Mike, dus het was gemakkelijk om naar hem te kijken terwijl ze deed alsof ze naar de zee keek. En ze keek vaak naar hem, als hij niet keek.
Mike van zijn kant moest zich bewust omdraaien om naar Lek te kijken, maar dat deed hij niet vaak.
Hij leek met andere dingen bezig te zijn. Niets zorgelijks. Gewoon bezig. Of misschien was hij tevreden. Ze hoopte dat hij tevreden was. Het was heerlijk om te zijn waar ze nu was: vrijwel schuldenvrij, naast een aardige, knappe man, die niet al te veeleisend was, met een maag vol met lekker eten en drinken, in een prachtige omgeving en in het gezelschap van haar beste vriendinnen.
Het was de hemel voor haar en ze dacht dat een goed huwelijk ook zo moest zijn.
Getrouwde gelukzaligheid, noemden ze het toch?
Zo