De Laatste Plaats In De Hindenburg. Charley Brindley. Читать онлайн. Newlib. NEWLIB.NET

Автор: Charley Brindley
Издательство: Tektime S.r.l.s.
Серия:
Жанр произведения: Современная зарубежная литература
Год издания: 0
isbn: 9788835411970
Скачать книгу
bracht de steen naar haar lippen met haar ogen op het venster, ze wist dat hij toekeek, net als zij elke middag deed terwijl hij hetzelfde ritueel uitvoerde.

      Ze durfde geen ander teken geven dan de steen naar haar lippen brengen, bang dat iemand het zou zien en zou weten dat ze communiceerden.

      Er waren veel meer gevangenen. Hoeveel precies wist ze niet, maar ze voelde honderden ogen die op haar gericht waren. Het waren allemaal mannen, behalve een persoon. Enfin, ze wilde toch geloven dat er zich nog een vrouw, Kauen Bogdanovka genoemd, in die immense, vreselijke gevangenis bevond. Het was best verontrustend om de enige vrouw te zijn tussen honderden mannen, zelfs in afzondering.

      Enkel zij en haar echtgenoot maakten gebruik van deze specifieke luchtplaats. Er waren nog twee grotere luchtplaatsen links en rechts van haar, waar de andere gevangenen in groepjes buiten mochten. Ze kon hen niet zien, maar ze hoorde hun geroep als ze sportten of vochten met elkaar.

      Waarom zij afgezonderd waren, wist ze niet. Misschien waren ze te waardevol om blootgesteld te worden aan het geweld van de andere gevangenen. Ze voelde zich in elk geval helemaal niet waardevol.

      De cellen bevonden zich achteraan het gebouw en bleven de hele dag donker, dus kon ze er niet in kijken vanop de luchtplaats.

      Ik zou een moord begaan om eens vijf minuten te mogen babbelen met een vrouw – of zelfs met Lurch, ook al spreekt hij waarschijnlijk geen Engels. Misschien spreekt hij Turks of Russisch.

      Ze wandelde langs de buitenmuur tot ze het einde bereikte. Ze draaide naar links en wandelde naar het gebouw waar ze weer naar links draaide en voorbij de deur liep. Dan weer enkele passen naar links en daar legde ze de steen op zijn vaste plaats terug.

      Haar versleten T-shirt met de vervaagde rode afbeelding van Che Guevara had geen mouwen, maar ze maakte een gebaar alsof ze een echte mouw opstroopte. Ze maakte hetzelfde eigenaardige gebaar met haar andere arm, alsof ze zich klaarmaakte om aan het werk te gaan.

      Ze zette een halve stap naar links en nam dan dezelfde route als daarnet. Ze wandelde met een voet op haar route van zo-even. Helemaal rond de luchtplaats en terug naar de riviersteen, een stap naar links en dan steeds rond de almaar korter wordende perimeter tot ze exact in het midden van de luchtplaats stond. Daar ging ze met haar gezicht naar de grijze metalen deur op zes meter voor haar staan. Na een snelle blik op de zesde verdieping, beende ze naar de deur. Hij opende alsof op bevel.

* * * * *

      Toen ze terug in haar cel was, ging ze aan het voeteinde van haar brits staan met haar rug naar de muur. Ze staarde geconcentreerd naar de tegenoverliggende muur.

      Het had vier maanden geduurd om het onder de knie te krijgen. Jaren geleden, toen ze zeventien was, had ze gekeken naar straatdansers in New York City die hetzelfde deden; ze wist dus dat het mogelijk was. Het vereiste concentratie, snelheid en kracht in de onderbenen. De eerste paar keer dat ze het geprobeerd had, was ze hard op de betonnen vloer gevallen en had ze haar ellebogen en schouders gekwetst.

      Ze concentreerde zich op de voetafdrukken op de muur, dan bukte ze zich en sprintte er naartoe. Ze sprong omhoog en plaatste haar linkervoet op de eerste voetafdruk, vijfenzeventig centimeter boven de vloer. Door gebruik te maken van haar momentum bracht ze haar rechtervoet omhoog tot aan de tweede voetafdruk en duwde ze zich af. Ze maakte een salto en met uitgestrekte armen landde ze op haar voeten met haar gezicht naar de muur waar de voetafdrukken nu stoffig waren door haar blote voeten. Ze boog en maakte een pirouette voor haar onzichtbare publiek.

      Ze stapte achteruit en ging tegen de muur bij haar bed staan. Na een diepe ademhaling rende ze weer naar de tegenoverliggende muur.

      Het was een belachelijke stunt, ze wist dat wel, maar het was een van de vele nutteloze routines die ze elke dag uitvoerde. Ze moest de tijd doden met activiteiten, om het even welke, anders zouden de stilte en de afzondering haar gek maken.

      Nadat ze de stunt nog drie keer uitgevoerd had, liet ze zich vallen om push-ups te doen op een hand.

      Ook om deze oefening perfect uit te voeren, had ze maanden moeten trainen. Toen ze pas gevangengenomen waren, waren zij en haar echtgenoot in goede fysieke conditie geweest; dat was noodzakelijk in hun beroep.

      Ze was in staat geweest om veertig gewone push-ups te doen voor ze gevangengenomen werd. Na vier maanden kon ze er zeventig doen. Toen besloot ze ze op een hand te doen. In het begin kon ze er zelfs niet een doen, maar uiteindelijk kon ze zichzelf ondersteunen op haar rechterhand. Nu, met een hand op haar rug, kon ze twintig push-ups doen op een hand in minder dan vijfenveertig seconden.

      Na de push-ups ging ze naar de lavabo om haar gezicht te wassen. Naast de lavabo was er een toilet en erboven een gepolijste metalen spiegel. Het metaal weerspiegelde haar niet zo goed, maar het was voldoende om haar haar te fatsoeneren.

      Ze trok haar kastanjebruine haar naar achter over een schouder. Ze wilde het mooi knippen, maar ze lieten haar geen scherpe dingen hebben. Ze had wel geleerd haar haar in te korten door het tegen de geroeste tralies voor haar venster te wrijven.

      Het haar dat ze zo had afgeknipt, hield ze en ze vlocht de rafelige lokken in een lange streng. Misschien kwam er ooit een dag waarop ze het als een touw rond de nek van Lurch zou slaan om hem te wurgen.

      Met een glimlach droogde ze haar gezicht met de enige handdoek die ze had en hing hem terug aan het haakje aan de muur.

      Bij het raam kruiste ze haar armen en staarde ze naar de Perzisch blauwe herfstlucht waar drijvende cumuluswolken in de westenwind zweefden.

      In haar venster zat geen glas; alleen zeven geroeste stalen tralies. In de zomer voorzag het venster haar van een zacht briesje, maar in de winter floot de koude noordenwind door de tralies.

      Tijdens de koudste maanden kreeg ze twee ruwe wollen dekens van de bewakers. Ze hing dan een over de tralies om de wind en de sneeuw tegen te houden. En de tweede spreidde ze over haar dunne laken.

      Ze draaide zich en stapte naar het midden van haar cel. Ze deed haar ademhaling vertragen, draaide zich naar de vastgeklonken deur en startte een trage tai-chi-oefening die 'treden op de staart van de tijger' heette.

      Een half uurtje later liet ze zich op haar brits vallen en staarde ze naar de watervlekken op het plafond waar zigzaggende barsten zich een weg baanden naar de muren. Ze herkende bomen en bergen in de random krullen. Vage vormen en spookachtige beelden vormden samen een figuur die leek op een kind met een bedrukt gezicht.

      Herinneringen overspoelden haar en brachten een vloedgolf van verdriet met zich mee.

      Ze rolde zich met haar gezicht naar de muur, trok haar knieën stevig tegen haar borsten en snikte.

      Hoofdstuk twee

Setting: Heden, Philadelphia, USA

      Donovan klopte en wachtte tot iemand de deur opende. Hij verwisselde zijn aktetas van hand en keek even naar het huis ernaast. Zijn moeder zou het een bungalow genoemd hebben. De porch was bijna identiek aan die waar hij stond. Aan de overkant stond nog een gelijkaardig, maar net iets verschillend, huis waar een oudere dame met zilveren haar, slank en met een goed postuur, haar begonia's water aan het geven was terwijl ze met haar andere hand de zon uit haar ogen hield om naar Donovan te kijken.

      Deze volledige buurt in Philadelphia, die in de jaren 1930 gebouwd was, bestond uit kleine huizen aan beide zijden van kronkelende straten, waar suikeresdoorns hun schaduw lieten vallen op het voetpad. Alle huizen, behalve dit ene, waren netjes en schoon en hadden een gemillimeterd gazon.

      Hij keek hoofdschuddend omhoog naar de bouwvallige dakgoot.

      Hoe kan je iets zo verwaarlozen?

      De deur opende piepend en een jonge vrouw verscheen.

      Donovan voelde zich alsof er net een zacht tropisch briesje van de blauwe Caribische zee langs hem gepasseerd was.

      Make-up of kapsel maakten voor een vrouw als zij geen verschil. Hoewel ze geen make-up droeg en haar kastanjebruine haar vastgemaakt was met een rood elastiekje, was haar score op een schaal van aantrekkelijk tot knap, mooi, prachtig, enorm knap en adembenemend, minstens enorm-knap-enhalf.

      Ze keek van zijn gezicht naar zijn pasje dat aan een sleutelkoord hing.

      Eigenlijk