2. Ten behoeve van de strafrechtspleging worden justitiлle gegevens verstrekt aan Onze Minister.
3. Aan lichamen of personen aan wie krachtens artikel 257ba van het Wetboek van Strafvordering de bevoegdheid is toegekend een strafbeschikking uit te vaardigen, worden ten behoeve van de uitoefening van die bevoegdheid justitiлle gegevens verstrekt met betrekking tot de delicten waarop hun bevoegdheid betrekking heeft.
4. Justitiлle gegevens worden niet voor een ander doel gebruikt dan waarvoor zij zijn verstrekt, tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald dan wel de uitvoering van de taak met het oog waarop de gegevens zijn verstrekt, daartoe noodzaakt.
5. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere voorschriften worden gegeven omtrent het verstrekken van justitiлle gegevens aan de in het eerste, tweede en derde lid genoemde personen of instanties, alsmede omtrent de daarbij te stellen voorwaarden aan het gebruik daarvan.
6. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald welke gegevens ingevolge het internationale recht worden verstrekt aan andere rechterlijke ambtenaren dan bedoeld in het eerste lid dan wel aan andere autoriteiten. Het vijfde lid is van toepassing.
Artikel 8a
1. Voorzover dit noodzakelijk is met het oog op een zwaarwegend algemeen belang, kan het College van procureurs-generaal in de gevallen waarin het ingevolge artikel 39e of 39f bevoegd is strafvorderlijke gegevens te verstrekken, justitiлle gegevens verstrekken.
2. De artikelen 39e, derde lid, en 39f, tweede lid, onder a, en derde lid, zijn van overeenkomstige toepassing.
Artikel 9
1. Voorzover dit noodzakelijk is met het oog op een zwaarwegend algemeen belang en voor een goede taakuitoefening van degene aan wie justitiлle gegevens worden verstrekt, kunnen bij algemene maatregel van bestuur personen of instanties die met een publieke taak zijn belast, worden aangewezen aan wie justitiлle gegevens kunnen worden verstrekt. Daarbij kunnen nadere voorschriften worden gegeven in verband met de verwerking en verdere verwerking.
2. Artikel 8, vierde lid, is van toepassing.
Artikel 10
1. Behoudens het bepaalde in artikel 12 worden aan de in artikel 9 bedoelde personen of instanties slechts gegevens verstrekt betreffende onherroepelijke veroordelingen wegens misdrijf waarbij een straf, al dan niet tezamen met een maatregel, is opgelegd, en wegens overtreding indien daarbij vrijheidsstraf — anders dan vervangende — of een taakstraf is opgelegd. Met een veroordeling worden gelijkgesteld een rechterlijke beslissing waarbij een maatregel als bedoeld in artikel 37a van het Wetboek van Strafrecht is opgelegd en een strafbeschikking.
2. Geen gegevens worden verstrekt indien:
a. na het gegrond bevinden van de aanvraag tot herziening van een in kracht van gewijsde gegane einduitspraak deze wordt vernietigd en geen straf of maatregel is opgelegd,
b. na het onherroepelijk worden van de uitspraak of strafbeschikking vier jaren zijn verstreken, of
c. de veroordeling door een andere dan een Nederlandse rechter is gewezen wegens een feit dat naar Nederlands recht geen misdrijf oplevert, tenzij ingevolge deze veroordeling in Nederland vrijheidsstraf — anders dan vervangende — of een taakstraf moet worden ondergaan.
3. De termijn bedoeld in het tweede lid, onder b, beloopt acht jaren indien bij de veroordeling een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf dan wel een voorwaardelijke vrijheidsstraf waarvan later de gehele of gedeeltelijke tenuitvoerlegging is bevolen, is opgelegd. Hetzelfde geldt indien bij de veroordeling een taakstraf is opgelegd, dan wel de tenuitvoerlegging van een bij de taakstraf opgelegde vervangende hechtenis is bevolen.
4. De termijn wordt verlengd met de bij de uitspraak bepaalde duur van de opgelegde vrijheidsstraf met uitzondering van de straf of het gedeelte daarvan dat voorwaardelijk is opgelegd en ten aanzien waarvan de gehele of gedeeltelijke tenuitvoerlegging later niet is bevolen. De termijn wordt met zes maanden verlengd indien een taakstraf is opgelegd.
5. De termijn wordt mede verlengd met de duur van de verlenging van de proeftijd van een voorwaardelijke veroordeling en met de termijn van de verlenging van de terbeschikkingstelling.
6. De termijnen eindigen niet zolang de termijn met betrekking tot enige andere onherroepelijke veroordeling als bedoeld in het eerste lid, niet is geлindigd.
Конец ознакомительного фрагмента.
Текст предоставлен ООО «ЛитРес».
Прочитайте эту книгу целиком, купив полную легальную версию на ЛитРес.
Безопасно оплатить книгу можно банковской картой Visa, MasterCard, Maestro, со счета мобильного телефона, с платежного терминала, в салоне МТС или Связной, через PayPal, WebMoney, Яндекс.Деньги, QIWI Кошелек, бонусными картами или другим удобным Вам способом.